Ballettermen
De terminologie van de klassieke ballettechniek is ontzettend groot en uitgebreid. Vooral als je net aan klassiek ballet begint, kan het soms lastig zijn alles uit je hoofd te leren. Het feit dat de meeste termen Frans zijn, maakt het er bovendien niet gemakkelijker op. In deze blog zetten wij de meest gebruikte ballettermen op een rijtje om je alvast op weg te helpen. Dus trek je balletkleding maar snel aan!
Ballet is ontstaan in de 15e eeuw in Italië. Catherina de Medici bracht het ballet van Italië naar Frankrijk. Hier werd de grondslag voor de klassieke ballettechniek gelegd en alles genoteerd. Deze ballettermen gebruiken we nog steeds in klassiek ballet over de hele wereld.
De Basis: De vijf balletposities
Het eerste wat je leert als je begint met ballet zijn de basisposities van de armen en benen. Deze posities komen namelijk terug tijdens oefeningen en zijn echt de basis van ballet. In een ander artikel leggen wij meer uit over de vijf basisposities van ballet.
Ballettermen aan de barre
Een Plié betekent het buigen van de knie of knieën. Hierin maken we onderscheid tussen een demi-plié en een grand plié. Beide pliés kunnen in parallel, 1e, 2e, 3e, 4e en 5e voetpositie worden uitgevoerd. Bij een demi-plié, ook wel een halve plié genoemd, blijven de hakken op de grond. Bij een grand plié komen de hakken van de vloer, behalve in de 2e positie.
Wat ook wel betekent: cirkel beweging van het been. Bij een rond de jambe maak je een halve cirkel met je been waarbij je je voet schuift door de 1e positie. Een rond de jambe kan zowel a terre (aan de grond) of en L’air (in de lucht) worden uitgeoefend.
- Rond de jambe en dehors: en dehors betekent naar buiten gaand. Bij een rond de jambe en dehors ga je van de voorkant naar achteren. Je draait dus weg van je standbeen.
- Rond de jambe en dedans: De rond de jambe en dedans beweegt naar binnen toe.
Een battement fondu is een beweging waarbij je je standbeen buigt met je werkbeen in cou de pied positie. Daarna strek je je standbeen langzaam waarbij je je werkbeen uitstrekt naar a terre (aan de grond) of en l’air (in de lucht). Deze beweging kan je zowel naar voren (devant), opzij (à la seconde) of naar achteren (derrière) doen.
Ballettermen in de centre
Port de bras betekent het dragen van de armen. Het is een serie van bewegingen waarbij je de armen van positie naar positie verandert. Ook is het de naam van een oefening om de armbewegingen te verbeteren.
Bij een pirouette en dedans draai je juist naar je standbeen toe.
Een pas de bourrée is een verplaatsende stap die vooral wordt gebruikt in allegro en pirouette oefeningen. Deze stap bestaan uit 3 bewegingen. Er zijn veel variaties op deze pas, zoals de pas de bourrée piqué, pas de bourrée en tournant en de pas de bourrée ballotté.
Een pas de deux is een choreografie voor twee dansers uit het ballet. De dansers, traditioneel een man en een vrouw, voeren tijdens het duet samen passen uit. In de vroege 18e eeuw begon men zulke partnerdans te gebruiken om opera’s en balletstukken mee te beginnen. Nog steeds is de pas de deux een vast onderdeel van vele klassieke balletten.
Leer nog meer ballettermen
Ballettermen zijn er in verschillende soorten. Zo heb je termen die een specifieke balletpas aanduiden, termen die de plek waar je danst aangeven en termen die een hele reeks van passen betekenen. Daarnaast kan elke klassiek balletpas ook gedanst worden in vele verschillende richtingen. Hier zijn uiteraard ook allemaal termen voor. Lees hier verder over de basis richtingen in klassiek ballet.